zondag 25 oktober 2009

Ars Gratia Artis


Elke vorm van creatieve expressie loopt van kitsch via commercieel vatbaar naar “echte kunst”, wat dat dan ook moge betekenen*. Plak daar naar wens nog een superieure (sub)categorie aan vast in de vorm van conceptuele kunst. Traditioneel gesproken kijken de vernieuwers, de scheppers, de kunstenaars neer op de artisanale, verkoop-georiënteerde vaklieden, die weer minachtend doen over de Made in China-producenten die enkel aan derivatieve reproductie doen. Waar zij op neerkijken, wie zal het zeggen. Fabrikanten van toeristenrommel? Waarmee ik maar wil aangeven dat er binnen “de kunsten” van oudsher een strikte hiërarchie geldt, die meer gerelateerd is aan innovatie dan aan praktische toepasbaarheid. Ga maar na: meubelontwerp? Bepaalde ontwerpers plaatsen absoluut vorm boven functie, en uiteraard bungelt de Ikea onderaan de originaliteitsschaal in meubelland. In de mode zijn het de catwalks van Milaan en Parijs die de media-aandacht genereren, maar draagbaar? De prêt-a-porter vertaalt de ondraagbare concepten naar praktisch toepasbare kleding, waarna de H&M razendsnel de Chinese arbeiders aan het werk zet voor de massaproductie.** De parfumerie, als satelliet-industrie van de mode, voldoet aan grofweg dezelfde hiërarchische indeling, waarbij de conceptuele parfumerie de laatste jaren een hoge vlucht heeft genomen.

Het museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam onderzoekt het conceptuele eind van het spectrum van zowel mode als parfumerie in de tentoonstelling Art of Fashion (nog tot 10 januari 2010 te zien), waar innovatief (daar heb je het woord weer) werk van grote namen als Walter van Beirendonck, Hussein Chalayan en Viktor & Rolf samengebracht is. De individuele stukken werken als functionele items voornamelijk op de lachspieren, maar zodra je jezelf toestaat om ze in museale context te plaatsen, blijkt dat er belangrijke parallellen zijn tussen deze modeontwerpers en “gewone” beeldende kunstenaars. Beiden gebruiken hun medium om achtereenvolgens kritiek te leveren op hun eigen industrie of lijn van werk, vorm en functie ter discussie te stellen, te shockeren of puur esthetiek na te streven – ze beperken zich zeker niet tot slechts jurken naaien. Dat ze daarbij af en toe hun doel voorbij schieten (zie: ondraagbare kleding – je vraagt je af waarom dan juist een normaliter draagbaar medium gekozen wordt) en zich schuldig maken aan navelstaren (hun kritiek is vaak slechts relevant voor mode-insiders) wordt door de organisatoren van de tentoonstelling schijnbaar niet opgepikt of belangrijk gevonden.

Het achterste hoekje van de tentoonstellingsruimte is gereserveerd voor de parfums, en ook hier is een selectie gemaakt die moet illustreren dat het concept in sommige gevallen belangrijker is dan de functie. We tellen de Fles Die Niet Open Kan, de Ode Aan Hebzucht, de Serie Afstotelijke Anti-Parfums en de Kritiek Op De Marketing. De keuze is zeker consistent met de rest van de tentoonstelling, en ik zal niet verraden welke voor degene die nog van plan is het Boijmans met een bezoekje te vereren.

Wat mijn persoonlijke mening over moderne beeldende kunst ook moge zijn, de tentoonstelling is leuk om een beter beeld te krijgen van enkele enfants terribles binnen de mode-industrie, die de oppervlakkigheid afwijzen ten gunste van een meer conceptuele aanpak.


*Ik weiger uitspraken doen over de aloude vraag “wat is kunst” omdat ik eerlijk gezegd geen zin heb om te verzanden in filosofisch geneuzel. Maar ik ben de kwaadste niet, dus voor de liefhebber van wespennesten: leef je uit.

**Als trouwe klant van zowel de H&M als de Ikea wil ik trouwens benadrukken dat de hierboven beschreven hiërarchie voornamelijk relevant is binnen de beroepsgroep, en niet zozeer voor de gemiddelde consument (tenzij die consument van snobisme zijn hobby maakt): ik heb tenslotte in de praktijk meer aan een winterjas die op hetzelfde aantal ledematen rekent als ik daadwerkelijk heb, hoe innovatief hij verder ook mag zijn. De moraal: high art en low art hebben beiden hun functie en plaats en het één is niet objectief “beter” dan het ander.


De tentoonstelling Art of Fashion: Installing Allusions loopt van 19 september 2009 tot 10 januari 2010 in het Museum Boijmans van Beuningen. Toegang €9, gratis op woensdagen en met Museumkaart.

2 opmerkingen:

  1. Lekker stuk Arachne! Ik kom uit Rotterdam en wist niet eens af van deze tentoonstelling, maar ik ga er zeker langs!

    Wat een fantastisch nutteloze jas verder!

    -Merlijn

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Laat weten wat je ervan vindt zodra je langsgeweest bent!

    BeantwoordenVerwijderen